Muzikale mensen met talent, daar kan ik van genieten. Gisteravond studeerde vriend Bart en zijn studiegenootje Joyce af op hoofdvak ‘zang’ aan het conservatorium. Om die reden hadden vrienden, familie, studenten en beoordelingscommissie zich in een bloedheet Paradox gewurmd om te luisteren naar allerlei muzikanten van hoge kwaliteit. Bart en Joyce lieten zich begeleiden door een fantastisch combo (vooral die erg jonge maar o zo getalenteerde jazzpianist!) en een achtergrondkoor waar menig bandje graag een solist uit had gekozen.
In het begin nog ietwat gespannen, maar na de pauze vooral bevlogen, zongen Bart en Joyce de sterren van de hemel. En dan wordt wederom duidelijk waarom er zoiets als een conservatorium is. Ik kan in mijn vrije tijd wel een beetje zingen en Mathijs kan een leuk potje pianospelen, maar dit is andere koek. Met een gemak alsof ze een ei stond te bakken, liet Joyce de warme, soulvolle en heldere klanken als een soepel riviertje uit haar strot (dat is een vakterm) stromen. Haar vertolking van ‘Thuis’ uit The Wizard of Oz deed me een paar keer goed slikken. Vervolgens was het de beurt aan Bart om me schijnheilig richting biertje te doen grijpen. Hij zong ‘Lopen tot de zon komt’ van Acda en De Munnick intiem, eerlijk, rauw en ontroerend. Kippenvel. Wat een genot om naar zulke artiesten te luisteren.
Het examen eindigde met een swingende vertolking van ‘As’ van George Michael en Mary J. Blidge. Het volledige achtergrondkoor zong vol overtuiging mee. Ik moest me inhouden om niet op te springen en mee te zingen ‘did you know that true love asks for nothing’. Ik hing aan hun lippen en geloofde ieder woord. Dat meezingen deed ik later nog wel even stiekem op de fiets. Maar dan zachtjes, want na al dat muzikale geweld, moet je je plaats kennen.
Wat was het toch een leuke avond!!! Leuk stuk trouwens :).
xje