Professioneel koken

Nederlanders zouden minder restaurants en eetcafés bezoeken vanwege de populariteit van tv-koks. Dat stond recent in de Spits te lezen. Herman den Blijker illustreerde het geheel met zijn markante kop en onafscheidelijke sigaar. Het idee is dat tv-kijkers zo geïnspireerd raken door tv-koks dat ze thuis aan het koken slaan. Hun niveau verbetert en daarmee daalt de behoefte om buitenshuis meer geld neer te tellen voor een maaltijd die thuis minstens zo lekker smaakt.

Met het laatste ben ik eens. Ik bak liever thuis een malse biefstuk dan dat ik hem in een eetcafé bestel met het risico op een doorbakken leren lap. Maar de conclusie dat iedereen er zo over denkt vanwege tv-koks vind ik nogal voorbarig. Koken is een vak. Sommige amateurs komen een heel eind (ik hoop dat ik in die categorie val), maar dat kun je nooit vergelijken met de souplesse en de oog- en tongstrelende creaties van een vakman.

Neem nou Mathijs. Die ging na jaren professionele keukenervaring en thuis creatief koken een koksopleiding doen. Hij dacht al flink wat van koken te weten, maar dat bleek mee (of tegen) te vallen. Iedere les leert hij wat over producten, diëten, opmaak van borden en kooktechnieken. Met ontzag en trots luistert hij naar de leraren en kijkt hij naar wat zijn medeleerlingen kokkerellen. Hij doet ontzettend zijn best om heerlijke gerechten tevoorschijn te toveren. Inmiddels draait hij zijn hand niet meer om voor een gastriek (basis voor vele sauzen), kent hij allerlei Franse kooktermen en fileert hij met souplesse een visje. Dat zie ik veel hobbykoks thuis niet doen.

Ik juich het helemaal toe wanneer mensen thuis aan de slag gaan in hun eigen keuken. Maar het is wel erg arrogant om te denken dat wij de (luxe) horeca kunnen overtreffen. Dus nee, ik ben het er niet mee eens. Bak gerust dat biefstukje thuis en kook vooral die pasta. Maar laat het échte koken over aan de professionals. En geniet ervan.

De jongen Maarten Stekelenburg

Er zijn van die interviews waar mijn hart iets sneller van gaat kloppen. Zo kreeg ik vandaag de kans om Maarten Stekelenburg te interviewen. Inderdaad: de keeper van het Nederlands Elftal en Ajax. Vol enthousiasme en licht gespannen toog ik met camera en blocknote naar Amsterdam Arena. In de trein dacht ik aan hoe het zou gaan. Zal hij aardig zijn? Veel praten? Originele citeerbare uitspraken doen of de mediagetrainde inkoppertjes gebruiken?

Voorafgaand aan het interview mocht ik aanwezig zijn bij de training en persconferentie. Niet noodzakelijk, maar ik zeg geen ‘nee’. Ruim op tijd kwam ik aan bij de Arena, vond de hoofdingang en vervolgens de receptie. Daar vertelde de portier me dat ik vier trappen op moest. Alleen dacht ik dat hij vier etages bedoelde, waardoor ik bovenin het stadion op de perstribune terecht kwam. Je bent een vrouw of niet. Daar heb ik overigens erg leuk gepraat met een man die de platen rondom de perszitjes aan het vervangen was met wat collega’s. Hij vond de spelers maar verwende miljonairs, ze konden veel beter, maar deden het niet. Toen ik de andere pers het veld zag betreden, ging ik maar weer naar beneden terug naar de portier. Gelukkig liep er toen net een journalist van vi binnen, die ik achtervolgde tot aan het veld.  

De training bleek niet zo spannend. De spelers trapten een balletje en renden een rondje. Wel was het leuk om tussen de journalisten te staan, waarvan ik er maarliefst eentje herkende. Het was veel ouwe jongens krentenbrood. De mannen onder elkaar praten wat over voetbal ‘neuh Ajax wordt niet eerste dit jaar, maar ze gaan Twente nog wel voorbij’ en zo nu en dan werd er een balletje nonchalant teruggetrapt als die buiten de lijnen kwam. Ik stond er tussen en deed alsof ik me heel erg op mijn plaats voelde. Vervolgens werden een paar spelers geïnterviewd door verschillende media. Stekelenburg had de eer om bevraagd te worden door de jongste journalist ter plaatse.

Vervolgens de persconferentie waar het er totaal niet heftig aan toeging, zoals je wel eens op tv ziet. Er werden vragen gesteld en de coach gaf antwoord. Wel praatte hij zacht en bedachtzaam en luisterde iedereen gespannen. Het was duidelijk wie er de baas was. Na de conferentie was het eindelijk tijd voor mijn interview. Maarten had zich omgekleed in zijn gewone kleding, gaf een stevige hand en ging zitten. Hij stak van wal, praatte honderduit en vertelde – toen zijn telefoon afging – dat hij elk moment vader kan worden. En dat er belangrijkere dingen zijn dan voetbal. Hij ziet voetbal meer als een hobby dan als werk, maar dan wel een erg goed betaalde hobby. Een jongensdroom die uit is gekomen. En zoals hij tegenover me zat, was hij ook echt een jongen die zijn droom beleeft. Gretig, enthousiast en blij. Trots op wat hij bereikt heeft en apetrots dat hij papa wordt.

Droomkast

Ken je die reclame van Heineken waarbij vier vrouwen letterlijk gillend van blijdschap een walk-in-closet bewonderen? Stiekem is zo’n overzichtelijke en grote etalage voor kleding de natte droom van bijna iedere vrouw. Nou droomde ik al jaren van ‘gewoon een hele grote, mooie kast’. Iets minder spectaculair dan walk-in, maar zeker zo doeltreffend en overzichtelijk. Vandaag is mijn wens in vervulling gegaan.

Toen ik in ons nieuwe huis de slaapkamer bekeek, zag ik onmiddellijk waar De Kast moest komen. De verdere realisatie van De Kast had wel wat voeten in de aarde. Eerst moest ik Mathijs overtuigen van het nut en de noodzaak van één gigantische kast in plaats van een paar goedkope exemplaren naast elkaar. Het oog wil ook wat. Vervolgens startte de zoektocht. Via Ikea, internetcatalogi en woonspeciaalzaken, kwamen we bij BeterMeubel in Baarle Nassau terecht. Aldaar bestelden we een kast die – helaas helaas – tien weken levertijd had. Geduld is een schone zaak. En dus timmerde Mathijs na de verhuizing de oude, veel te kleine, gammele kledingkast provisorisch in elkaar. Afgelopen weekend zeeg die kast met een paar kleine beweging vakkundig neer, om vervolgens met veel kabaal door Mathijs uit het raam gegooid te worden.

Vandaag tussen twaalf en drie was het zover. Toen dus om 12.08 uur mijn telefoon ging en ik zag dat het Mathijs was, verwachtte ik goed nieuws in de trend van ‘ze zijn er al’. Niets was minder waar, Mathijs stond namelijk muurvast in een file op de A58 vanwege een ernstig ongeluk. Hij kon niet voor- of achteruit. Dus ik bel BeterMeubel. Na wat doorkiezen en een verkeerd nummer, krijg ik een dame aan de lijn die ziet dat de bezorgers al in Tilburg zijn. Ze belt de heren en die blijken zelfs al voor de deur te staan. Paniek! Hierna volgt een druk heen-en-weer-bellen tussen Mathijs, BeterMeubel, mijn schoonmama en mijzelf. Uiteindelijk is schoonmama zo ontzettend lief om op haar fiets te springen richting ons huis. Gelukkig, want de bezorgers hadden nog maar één adresje en gingen anders terug naar de opslag. Ondertussen maak ik naar allerlei rekeningen geld over – o nee, naar giro maak je niet binnen een dag over – zodat er aan de deur gepind kan worden.

Adem in, adem uit. Belt Mathijs. Dat ie weer rijdt. En dus belt hij zijn mama af en scheurt naar huis alwaar hij de bezorgers van een drankje voorziet en toekijkt hoe zij de kast in elkaar zetten. Het duurt een paar jaar en kost wat stress, maar hij staat er: De Kast. Vanavond inruimen!

Sportschoolperikelen

In het kader van de goede voornemens ben ik weer drie dagen te vinden in de sportschool. Voorheen combineerde ik spinnen met ‘de zaal'(beetje cardio en wat krachttraining). Afgelopen woensdag wilde ik eens kijken of Body Pump iets voor mij zou zijn. Dus sprak ik af met vriendin J., die ook nog een groentje was op pumpgebied.

Vriendin J. werd alleen nogal opgehouden door een spekgladde weg. Ze was ternauwernood op tijd. Het was een teken aan de wand voor de rest van de avond, want die verliep niet bepaald vlekkeloos. Het begon bij binnenkomst. Ik heb zo’n nogal duur abonnement waarbij handdoeken zijn inbegrepen. Ik wil er twee (een om te sporten en de sauna in te gaan, een voor na het douchen). Helaas blijkt dit met regelmaat teveel gevraagd. Ik had me voorgenomen dat ik ‘er wat van zou zeggen’ als me weer een tweede handdoek geweigerd werd en zo gezegd zo gedaan. Het meisje keek me verbaasd aan en zei ‘maar dan hebben andere mensen geen handdoek’. Ik snauwde: ‘dat is niet mijn probleem’ (misschien kunnen ze meer handdoeken aanschaffen of vaker een wasje doen). Uiteindelijk accepteerde ik toch maar de ene handdoek, want ik had weinig keus. Belachelijk!

Vervolgens staan wij netjes om acht uur in de zaal, klaar voor onze eerst les. Wat blijkt om 20.15 uur; er is geen leraar! Ze rouleren de les met vier instructeurs en dat was dus even mis gegaan. De leraar kwam er meteen aan, zeiden ze, maar wij waren het wachten beu en gingen de zaal in. Daar werden we al snel aangesproken door een vent van de sportschool die ons wel goede beenspieroefeningen wilde leren. Wij waren meer geïnteresseerd in de buikspieren.  Gelukkig wist hij ook een leuke oefening voor de buik. Na een kwartiertje kwam het addertje onder het gras uitgekropen: hij was personal trainer en wilde graag met ons naar een doel werken. Voor 65 euro per uur! Ja daaaag! Toen ik hem vrij duidelijk meldde dat ik dat veels te duur vond, bleef hij eerst nog een beetje ongemakkelijk staan om daarna af te druipen. Al met al niet zo’n succesvolle avond dus. Hopelijk lukt het om volgende week wél te Body Pumpen met twee handdoeken.

Jheronimus Bosch

Wie? Jeroen Bosch, de schilder. In 2016 is deze beroemde Bossche kunstenaar 500 jaar overleden en langzaamaan bereidt de stad Den Bosch zich erop voor dit te vieren. Reden genoeg om het jaarlijkse werkuitje gisteren in het teken van Bosch te stellen. En dus maakten we een ijskoude wandeling door de stad langs belangrijke punten, bekeken we allerhande spulletjes uit Bosch’ tijd (eind van de middeleeuwen) en bewonderden we een aantal schilderijen die op hem geïnspireerd waren in het Noord-Brabants museum. We eindigden de middag met een bezoek aan het Jheronimus Bosch Art Center in de voormalige St. Jacobskerk.

En met name dat laatste was bijzonder interessant. Voordat ik in Den Bosch werkte had ik nog nooit van Jeroen Bosch gehoord. En toen ik een jaar of drie geleden zijn schilderijen bekeek vond ik ze ‘een beetje raar en druk’. Maar wat bleek; als je er meer vanaf weet worden zijn schilderijen een stuk interessanter. Zo leefde Bosch in een tijd dat Joden slechts geduld werden omdat zij geld mochten uitlenen en de Christenen niet. Dat was meteen het enige waar Joden goed voor waren want verder kregen ze overal de schuld van (bijvoorbeeld de uitbraak van een epidemie) en werden ze eens in de 30-40 jaar op een hoop buiten de stad gegooid en levend verbrand. Gezellig.

Een ander grappig wereldbeeld uit de middeleeuwen: lelijke mensen zijn slecht. Dat  geloofden de mensen toen echt. Misschien aanbidden wij nu schoonheid, omdat we onbewust denken dat mooi staat voor goed. Verder was iedereen vooral erg bang. Bang voor de erge dingen die je tijdens het leven konden overkomen (ik noem een pest, lepra, het overlijden van allerlei mensen, armoede) maar vooral bang voor de dood. Want je gaat alleen maar naar de hemel als je goed hebt geleefd. Anders wacht de hel. En het was nog niet zo gemakkelijk om perfect volgens de regels van de kerk te leven.

Al deze zaken komen subtiel of minder subtiel terug in Bosch’ schilderijen. Hij was zijn tijd ver vooruit en wilde de mensen graag aan het denken zetten. In vrijwel elk schilderij speelt het christelijke geloof een grote rol, maar hij voegt er altijd iets aan toe. En alles heeft een diepere betekenis. Wist je bijvoorbeeld dat een uil staat voor een penis? Dan kijk je toch heel anders naar een geschilderd, naakt mannetje dat een enorme uil omarmt. Intrigerend.

Zeg het met Loesje

Geïnspireerd door een collega-blogger zet ik 2009 en de verwachtingen van 2010 voor jullie op een rij. Laatst las ik ergens de kreet ‘wat zou je willen deleten van 2009′. Als ik het puur even op mijzelf en mijn eigen belevingswereld betrek (natuurrampen, moordaanslagen, crisis en klein leed laat ik dus even buiten beschouwing) dan kan ik niets bedenken wat ik wil deleten. 2009 was een topjaar. Tijdens kerst 2008 sprak ik de woorden uit dat ik graag een huis wilde kopen met Mathijs. Dat is gelukt. Bovendien gaat het gewoon lekker, z’n gangetje zeg maar. Natuurlijk waren er ook minder leuke of verdrietige gebeurtenissen zoals het overlijden van mijn opa en de oma van Mathijs. Maar ook die wil ik niet deleten omdat beiden hun 90e verjaardag hebben gehaald. Ze vonden het – denk ik – zelf wel mooi geweest.  

Voor 2010 heb ik vanzelfsprekend een paar goede voornemens. Het is het jaar dat ik dertig word. Als vrouw heb ik een paar hoge eisen voor mezelf gesteld bij het behalen van deze mijlpaal. Huisje, boompje, beestje is gelukt en de leuke vent is ook al jaren binnen. Nu nog het volwassen gedrag tentoonspreiden dat hoort bij The Big Three-O. Verdere voornemens: een serieuze balansmaand (want tijdens die verbouwing, verhuizing en de daaropvolgende feestmaand heb ik even al mijn eet- en drinkprincipes overboord gegooid), lekker veel bloggen en sowieso meer schrijven voor de lol. Maar het belangrijkste: ik wil vooral veel genieten van het leven, ons huis en familie en vrienden (ik noem een Luca). Baas H. stuurde me een mooie Loesje. Daar sluit ik me helemaal bij aan.

Gelukkig nieuwjaar

Lieve familie, vrienden en lezers. Bij dezen wil ik jullie een fantastisch 2010 wensen! Op naar nieuwe dromen, avonturen vakanties, huizen, banen, mini-mensjes en liefdes. Maar nu eerst: bijkomen, uitrusten en de goede voornemens op een rijtje zetten…