Je zou het bijna vergeten in het WK-tumult van vuvuzela’s, foute goals en Franse relletjes. Maar Mathijs en ik gaan dus over 47 dagen trouwen. Zo word je gevraagd en zo duurt het nog minder dan zeven weken eer je in repectievelijk pak en jurk richting altaar schrijdt. Net na het aanzoek zweefden we een tijdje op een dikke roze wolk van verliefdheid en romantiek. Maar na een tijdje komt de onverbiddellijke werkelijkheid om de hoek met deadlines, griepjes, wintersport en dertigste verjaardag.
Rond drie maanden kwam voor mij het omslagpunt. Fuck, dacht ik, over drie maanden ga ik trouwen. Mensen die mij wat langer dan vandaag kennen, weten dat ik zaken graag goed regel. Beter te vroeg dan te laat (dankjewel mama). En dus ontsprong er een lichte paniek bij mij toen we de drie maanden-grens passeerden. Want er moest nog zoveel gebeuren! Collega G zette me met beide benen op de grond: je hebt het belangrijkste al, een locatie, jurk, vent, ringen en de ondertrouw. Rest is bijzaak en detail.
Inmiddels zijn we anderhalve maand verder en is er een hoop gebeurd. Het leuke van deze tijd is dat je niet meer nadenkt en droomt van van alles, maar dat je lekker knopen doorhakt en zaken concreet regelt. Zo leverde de drukker vorige week de uitnodigingen (met hele grote dank aan art director collega M), bestelde Mathijs vandaag onze bruidstaart, is de dag doorgesproken met de gemeente Middelburg en pas ik vrijdag mijn jurk. Ontzettend leuk dat alles nu echt vorm krijgt. Maar ook erg spannend en een beetje eng. Langzaam begin ik het te beseffen: we gaan gewoon trouwen. Trouwen. Man en vrouw. Voor altijd, tot de dood ons scheidt (ja, daar geloof ik echt in). Dus ook als ik met een kotskater lijkbleek in bed lig, of als hij uit zijn hum uit zijn werk komt, of als we samen een weekendje weg zijn. Of… Wauw! Ik heb er zin in.