Niet gejokt

Ik at wel eens artisjokken. Van die harten uit blik door een pasta bijvoorbeeld. Of op de pizza. Maar sinds een maand heb ik de artisjok echt ontdekt. En dan bedoel ik dus de verse variant. Klassiek gekookt en geserveerd met een vinaigrette. Een gezonde manier van snacken.

Als je eenmaal zo’n artisjok hebt gegeten (of in ieder geval de blaadjes afgesabbeld), dan wil je nooit meer terug. Het is net zoiets als verse ananas vs ananas uit blik. Of verse boontjes en boontjes uit zo’n potje (ik moet dan altijd aan de term ‘op sterk water’ denken). Ik wil dus hier een lans breken voor de verse artisjok. De ontdekking is pas net begonnen, dus wie weet wat de artisjok me nog allemaal gaat brengen. Denk aan artisjokkenpuree, artisjokkensalade, gegrilde artisjok. De mogelijkheden zijn vast eindeloos. Maar voor nu: een recept voor de klassieke artisjok.

Neem één grote of twee kleine artisjokken voor twee personen. Snijd de bovenste blaadjes en de steel inclusief een klein stukje van de bodem af. Besmeer de snijvlakken met een halve citroen. Knip de bovenkant van de blaadjes. Doe de artisjok(ken) in een pan met ruim kokend water, een beetje zout en een scheut citroensap. Zorg dat ze niet bovendrijven, maar helemaal onder water staan. Je kunt er bijvoorbeeld een kommetje op leggen. Laat ongeveer 45 minuten koken.

Maak ondertussen een dressing van bijvoorbeeld sjalotjes, bieslook, peterselie, knoflook, mosterd, witte wijnazijn, olie en een beetje honing. Haal de artisjok(ken) uit de pan en leg ze op een bord. Even een beetje af laten koelen en het feest kan beginnen. Trek steeds een blaadje van de artisjok, dip hem in de dressing en sabbel het lekkers er vanaf. Als alle blaadjes op zijn, snijd je het ‘hooi’ van de artisjok (niet eten want vies&giftig). Wat je overhoudt is de zachte, smaakvolle bodem. Die eet je op met de dressing. Smakelijk!

Kermisbezoek

De Tilburgse Kermis begint weer. Het hangt in de lucht, je voelt het als je door de stad wandelt of fietst: hier gaat iets groots gebeuren. Lantaarnpalen, bushokjes en ten dode opgeschreven bomen maken plaats voor schreeuwerige attracties en kostbaar vertier. Leuk hoor.

Nouja, leuk? Ik vind het wel meevallen. Maar eigenlijk vind ik dat ik niet moet zeiken. Ik moest zo nodig in het centrum wonen, dan wéét je dat je er wat van meekrijgt als de grootste kermis van Europa er neerstrijkt. Maar het vervelende is niet zozeer de kermis, als wel het hele gedoe eromheen. Eigenlijk ben je er dik twee weken mee zoet inclusief opzetten en afbreken. Als ik naar het station fiets, is hij al niet meer te vermijden. ’s Ochtends is dat nog niet zo’n probleem, maar aan het eind van de middag manoeuvreer ik me door blije bezoekers met suikerspinnen heen terwijl ik ‘alleen maar naar huis wil’. Geen fijne combinatie.

Genoeg gezeurd. Wat is er dan wél leuk aan de kermis? Mensen kijken. Uit alle hoeken, gaten en krochten komen de kermisfanaten te voorschijn. Waarschijnlijk hebben ze het afgelopen jaar hun centjes opgespaard voor deze tien dagen. Ze zijn een lust voor het oog: strakke luipaardenleggings over putbenen, geblondeerde en getoupeerde haren, een goede laag make-up, de heren gehuld in trainingspakken, met glimmende matjes en dikke kettingen. Geheel in stijl bezetten zij tien dagen lang de binnenstad al plat pratend, of schreeuwend, meestal in het gezelschap van jengelende kinderen. Kijk, daar geniet ik nou van. De pauper in zijn natuurlijke habitat.

Mannenpraat

Mannen die praten over vrouwen, daar draait het om in het nieuwe tv-programma Ze is van mij met presentator Waldemar Torenstra en vaste gast Maxime Hartman. Alle aspecten komen langs: borsten, billen, seks, aantrekkingskracht, monogamie en de complexheid van Das Weib. Best leuk om een keertje achter de schermen van de kroegpraat te mogen kijken, al heb ik in mijn horecaverleden ook wel eens wat opgepikt aan door louter mannen bemande tafels. Ook dat had een hoog ‘bier en tieten’-gehalte.

Paul de Lange van nu.nl schreef een blog over het programma waarin hij zich ten eerste afvraagt of het leuk blijft: kijken naar kroegpraat. En ten tweede vraagt hij zich af waar vrouwen het eigenlijk over hebben als zij onderling over mannen praten. Op de eerste vraag is mijn antwoord: nee. Maar ik weet niet zeker of ik de doelgroep van het programma ben. Bovendien vind ik Maxime Hartman een lastige. Waldemar is nog wel acceptabel met zijn blije aardappelhoofd, maar Maxime… Hij heeft een hoog foute mannen-gehalte. Eigenlijk is het maar een onaardige zak en toch zit je ernaar te kijken. Stom is dat.

Wat betreft de tweede vraag kan ik wel een tipje van de sluier oplichten. Waar praten vrouwen over als ze over mannen praten? Nou. Seks, billen, borst(haar), zijn pielemuis, monogamie en de complexiteit van het niet kunnen veranderen van Der Mann. We bespreken tot in de kleinste details wat hij deed toen hij je ontzettend dronken probeerde te verleiden. Of die keer dat hij heel lief en kwetsbaar vroeg of jij zijn vriendinnetje wilde zijn. Of die keer dat jullie seks hadden op de …etc

Maar we hebben het natuurlijk ook over dat hij altijd overwerkt, nooit zijn sokken opraapt, lieve briefjes achterlaat als hij een paar dagen weg is en hoe hij machteloos naar je glimlacht als hij in een gesprek met je vader compleet belachelijk wordt gemaakt. Dus mannen, daar hebben we het over. Dus het is niet nodig om Katja Schuurmans tevoorschijn te toveren om samen met Nicolette Kluiver oeverloos door te kippenhokken over mannen, seks en oergedrag. Fijn idee toch?

De blog van Paul de Lange:
http://www.nu.nl/column-maandag/2561970/ongegeneerd.html

Woorden anders zien

Ik ben bezig met een artikel over dyslexie. Daarvoor moest ik vijf kinderen en hun begeleidster interviewen. Interessant onderwerp. Want hoewel steeds vaker de diagnose dyslexie wordt gesteld, bestaat er nog best wat onduidelijkheid rondom het onderwerp. Ook bij mij.

Kinderen met dyslexie lezen en schrijven anders omdat ze de woorden niet goed ‘automatiseren’. Ze horen minder goed het verschil tussen klanken, vinden het moeilijk om klanken in de juiste volgorde te zetten, reeksen te leren, snel te benoemen wat ze zien en losse gegevens te onthouden. Hierdoor hebben ze moeite om woorden goed te lezen en correct te spellen.

Een voor mij onvoorstelbaar idee. Woorden zijn mijn dagelijks werk. Ik houd ervan. Ik speel met ze, puzzel op zoek naar mooie combinaties en zoek de precies juiste exemplaren om iets uit te leggen. Ik kan me gewoonweg niet voorstellen dat ik woorden niet zou kunnen zien zoals ik ze zie. Dat ik niet zou weten of er drop of dorp staat. Heel gek.

De kinderen van het interview leren op een andere manier lezen en spellen. En dat helpt. Maar bovenal leren ze dat het geen ramp is om dyslexie te hebben. Dat het niet betekent dat je dom bent, maar alleen dat je extra je best moet doen om net zo goed te kunnen lezen en spellen als je klasgenootjes. En dat je vast heel goed bent in iets anders. Neem bijvoorbeeld Angelina Jolie. Een mooi voorbeeld van hoever je kunt komen met dyslexie.

Angelina:
http://www.nu.nl/film/2558006/angelina-jolie-verdiende-vorig-jaar-30-miljoen-dollar.html