Nieuw bezit

Eindelijk was het dinsdag zover: na tien weken wachten kwam onze nieuwe bank. Als je zo’n tijd aan het wachten bent, vergeet je een beetje hoe de bank er ook alweer uitzag. En hoe groot hij nou precies was. Nou, groot dus. Grijsblauw en strak. Met de nieuwe eettafel erbij staat de kamer mooi vol. Ik vind het persoonlijk niet té, maar we zijn nu wel even uitgekocht. Wat natuurlijk ook niet zo erg is.

Toen ik dinsdagavond thuiskwam moest ik even wennen. Is dit onze woonkamer? Kan ik echt languit liggen op de bank en dan nog niet met mijn voeten over de rand bungelen? Ik ben helemaal enthousiast over ons steeds meer Grote Mensen huis. Het enige jammere is de geur van de coating, die stinkt namelijk nogal. Hopelijk weerhoudt het de katten van krabben, al maak ik me geen illusies.

Want met de komst van al die mooie, nieuwe spullen is het belang van verzorgen en behouden veel groter worden. De vorige bank was een showmodel dat we voor 250 euro op de kop tikten. Glaasje wijn erover? Krabbende katten langs de zijkant? Geen probleem. Maar nu wil ik de nieuwe waardevolle spulletjes mooi houden voor de komende paar jaar. Wat een verantwoordelijkheid, want tegelijkertijd wil ik ook ‘gewoon leven’ in ons huis en niet spastisch met doekjes achter knoeiende gasten en schreeuwend achter stoute katten aanlopen. Gelukkig is het nu even klaar met alle grote aankopen, dat zit een stuk relaxter.

Financiële malaise

In de categorie heimelijke genoegens moet ik een bekentenis doen: ik kan enthousiast worden van het feit dat het programma Uitstel van executie weer op tv is. Het is misschien gek om toe te geven dat ik het vermakelijk vind om naar mensen te kijken die zich op de rand van de financiële afgrond bevinden.  Of dat ik de humor van Martijn Krabbé stiekem wel leuk vindt (afgezien van de gesponsorde deze keten doneert keukens stukjes). Maar toch is het zo. En ach, sommige mensen vinden het leuk om te kijken naar vals zingende, dansende figuren. Ieder huisje heeft zijn kruisje.

Al weet ik niet of ‘leuk’ het goede woord in dit kader is. Ik vind het vooral intrigerend hoe het zover kan komen. Soms overkomt mensen financiële malaise; een scheiding, een te hoge hypotheek en een huis dat maar niet verkocht wordt. Of iemand is invalide geraakt en heeft een aangepaste woning nodig maar daar geen geld voor. Dan huil ik stilletjes mee en prijs ik mezelf gelukkig. Want het zou je maar overkomen. Andere keren zit ik op het puntje van de bank te foeteren op de deelnemers. Verkoop al die spullen! Ga werken! Hoe op met kniezen en doe die dure auto de deur uit! Dan verbaas ik me erover hoe weinig mensen eigenlijk van hun eigen financiën weten (héé we komen elke maand € 600 te kort) en dat ze zelf geen logische, kostenbesparende oplossingen kunnen bedenken (misschien moeten we de boodschappen van de AH niet laten bezorgen).

Mijn interesse vloeit kortom voort uit een gezonde combinatie leedvermaak en medeleven. En op mijn voorliefde voor happy ends. Schotel mij een zoetsappige film voor en gegarandeerd dat er op het eind tissues aan te pas komen. Zo ook bij dit programma. Dat in de laatste minuten die pittige dame zegt dat er geen of bijna geen schuld meer is, dat de klusser het huis fantastisch heeft opgeknapt en dat de guitige makelaar met een big smile komt vertellen dat ‘ie verkocht is’. Dan kijk ik vertederd en geëmotioneerd toe. Heerlijk: eind goed, alles goed. Zouden ze er iets van geleerd hebben? Of is het echt uitstel van executie?

Doekje voor het bloeden

Het is de derde keer deze week dat ik Beatrix langs zie komen met een kunstig gedrapeerd doekje op en om haar hoofd. Haar bedekte bezoek aan Oman veroorzaakte veel commotie, omdat de PVV het moment aangreep om zijn speerpunt ‘weg met de hoofddoeken’ zijdelings weer eens onder de aandacht te brengen. Want: de hoofddoek staat gelijk aan het onderdrukken van de vrouw en is dus fout, aldus de PVV.

Interessant dat juist de Partij van de Vrijheid de keuzevrijheid van vrouwen wil beperken, met als argument dat ze hen juist beschermd. Maar is de hoofddoek inderdaad een vorm van onderdrukking? Ervaren vrouwen dat zelf ook zo? En daarbij: is het erg als de Koningin zich conformeert aan de gebruiken van een ander land? Zoals de PVV van allochtonen vraagt zich te conformeren aan de Nederlandse gebruiken (en anders kunnen ze ophoepelen)? Interessante vragen, wat mij betreft.

Wat betreft het aanpassen aan de gebruiken van een ander land: chapeau voor de Koningin. Als wij een kathedraal in Frankrijk bezoeken is het ook niet de bedoeling dat we dat in ons hemd doen. Dat is een vorm van respect. Niet meer dan normaal lijkt mij.

Dan de andere vragen. Een tijd geleden las ik het boek ‘Een goede man slaat soms zijn vrouw’ van Joris Luyendijk (tip, als je deze nog niet gelezen hebt). Hij gaf een erg verfrissende kijk op de Oost-West verhoudingen. Wij Westerlingen denken namelijk de wijsheid in pacht te hebben. Alleen vergeten wij daarbij dat onze overtuigingen voortkomen uit onze eigen cultuur en opvoeding, met historisch gezien grote invloed van de christelijke kerk. Wie zegt dat wij gelijk hebben? Mensen in moslimlanden worden net zo goed opgevoed binnen hun eigen culturele overlevering. Wie weet hebben zij wel gelijk? Of waarschijnlijker: ligt de waarheid in het midden.

Is de hoofddoek een vorm van onderdrukking? Dat kunnen wij volgens mij helemaal niet beoordelen, en Geert al helemaal niet. Is het beter om je hoofd te bedekken omdat je je schoonheid voor je man bewaard of is het beter om jezelf bijvoorbeeld in ordinaire kleding te hijsen omdat dat hip is? Voor beide zijn voors en tegens te bedenken. Ik denk dat het vooral belangrijk is om mensen de vrijheid te geven. De vrijheid om te kiezen of ze sexy kleding aantrekken of die hoofddoek omdoen. En anders moet Geert zijn maatregelen rechtlijnig doorvoeren: als vrouwen uit bescherming geen hoofddoeken mogen dragen, dan moet hij ook maar een ‘wet minimale bedekking’ opstellen.

Op zoek naar de Mol

Mijn hart maakte een klein sprongetje, mijn mond krulde zich tot een enthousiaste glimlach en mijn handen dansten in de lucht: Wie is de Mol gaat vanavond weer van start. En wij zijn erbij.

Ik ben geen Moller van het eerste uur. Ik negeerde het programma in het begin vrij bewust. Ten eerste moet je meteen de eerste aflevering kijken om alles te snappen en had ik vaak te laat door dat het al zover was. En ten tweede vond werkelijk iedereen het leuk. En dan kan het dus alleen maar tegenvallen. Ik wilde, heel kinderachtig, niet meelopen met de kudde en vermeed Wie is de Mol jarenlang. Tot vorig jaar.

Eenmaal de eerste aflevering gezien was ik om. Want wat is dit leuk&spannend! Eigenlijk houd ik niet zo van raadsels, zeker als het lang duurt eer de ontknoping volgt. Daarvoor ben ik veels te ongeduldig. Maar dit is anders. Elke week word je achterdochtiger, zie je dingen die er misschien wel of niet zijn en trek je gekke conclusies. Ik zat er héél erg naast vorig jaar. Maar dit jaar ga ik er weer voor. Wie kijkt er mee?

N.b. Bellen tijdens Wie is de Mol is verboden. Zelfs Wordfeud gaat uit (veelzeggend).

Polisstress

Het is een jaarlijks terugkerend thema: de zorgverzekering. En dit jaar had ik polisstress. Want ik zou wel even uitzoeken welke verzekering het beste is voor ons. Dus surfde ik naar zo’n vergelijkingssite en huppakee, nummer één wordt het. Of niet? Nee dus, want het blijkt dat tandartsdekking bij iedere verzekering iets anders betekent. En datzelfde geldt bijvoorbeeld voor het vergoeden van lenzen.Je moet echt in de polissen duiken om te weten waar ze voor staan.

Urenlang spitte ik de voorwaarden en aanvullende modules van alle verzekeringen door. Moesten we samen naar een nieuwe of was apart beter? Was de collectiviteitskorting voor ondernemers interessant voor mij? Hoeveel tandartskosten wil ik eigenlijk verzekeren? En hoe belangrijk vind ik zaken als fysiotherapie en zorg in het buitenland (heb ik daar geen reisverzekering voor dan?)?

Na lang dubben kwamen er twee verzekeringen uit de bus. Ditzo, en FBTO, waar ik al bij zat. Lekker makkelijk dacht ik, ik verzeker Mathijs er gewoon even bij en verander iets aan mijn poliskeuze. Gemakkelijker gezegd dan gedaan aangezien de site van FBTO nogal kuren had. Iets met drukte waarschijnlijk. Enigszins gefrustreerd pakte ik de telefoon: meer dan tien wachtende voor me. Daar ga ik niet op wachten, dus tikte ik een e-mail met mijn verzoek tot aanpassing. Ik kreeg een automatisch bericht terug: 3 januari zouden ze contact opnemen. Handig!

De volgende dag gaf ik het nog één kans, maar weer lukte het niet om alles goed door te voeren op de site. Bovendien bleek ik opeens 20 euro duurder uit dan in de offerte. Dat was de druppel. Ik ging naar de site van Ditzo en regelde in 5 minuten de nieuwe verzekering. Kijk, zo kan het ook, dacht ik terwijl ik tevreden achterover leunde. Op de valreep van 2011 was het geregeld. Even later ging mijn telefoon, het was FBTO. U heeft gemaild, zei de medewerker. U bent te laat, antwoordde ik. Waarop hij geïrriteerd reageerde: “misschien moet u het niet op het laatste moment regelen.” Misschien moet u zorgen dat de website gewoon werkt, het kan natuurlijk druk worden, diende ik hem van repliek. Opgetogen hing ik op; ik heb sowieso een goede keus gemaakt!