Ik vink dus ik ben

Ik ben een lijstjeslover. Ik houd ervan om lijstjes te maken als ik op vakantie ga, aan het werk ben, boodschappen doe of gewoon het dagelijks leven enigszins geordend door probeer te komen. Ik heb het van mijn moeder, die is ook verzot op lijstjes. Het is een soort verslaving en ik geef het meteen toe: I’m an addict!

Wat er zo leuk aan is? Ten eerste de ruimte die je terugkrijgt in je hoofd voor andere dingen nu alle to do’s eruit zijn. Je kunt weer slapen/dromen/nadenken. Maar ook het overzicht dat je hebt van alles wat nog gedaan moet worden. Daar krijg ik heel erg een ‘dat klusje klaren we wel even’-gevoel van. Maar het allerleukste is toch wel het afstrepen. Het kan met een dikke vette streep, een digitaal vinkje of een simpel kruisje: bevredigend is het altijd. Meestal begin ik met de losse flodders, want dat schiet zo lekker op. Om daarna mijn tanden te zetten in een grotere klus. Ik begin de werkdag steevast met het lijstje dat ik de werkdag ervoor voor mezelf heb gemaakt. Heerlijk en productief.

Misschien vraag je je nu af of ik ook wel flexibel ben. Wat als er opeens iets tussendoor komt? Een mail of telefoontje. Een klusje dat het liefst nu meteen gedaan moet worden. Geen nood, dan doe ik dat. Flexibel als ik ben. En dan zet ik het alsnog op mijn lijstje, als ik het al gedaan heb. Kan ik toch lekker afvinken.

Postpartum pronken

Jonge moeders verliezen interesse in mode, blijkt uit onderzoek. Wat mij betreft een onderzoek in de categorie ‘open deur’. Want laten we eerlijk zijn: als net bevallen mama is je lijf niet bepaald pronkmateriaal en ben je al lang blij als je gedoucht bent en je spijkerbroek weer past, laat staan dat je een rokje aan wil trekken.
Na 3 jaar en 9 maanden krijgen vrouwen weer zin om voor zichzelf te shoppen. Wat mij betreft ook geen wereldschokkend nieuws. De eerste jaren ben je bezig met borstvoeding geven (praktische kleding aan waarbij je je borst zo discreet mogelijk tevoorschijn tovert), spuug opvangen, kinderen van de grond optillen, voedsel/speelgoed/hapje van de grond oprapen/poetsen en spelen in de speeltuin. Allemaal activiteiten waarbij je als moeder veel moet bukken. En bukken is niet handig in die skinny jeans, dat korte rokje of dat truitje met dat diepe decolleté. Want dan laat je dus meer zien dan je wil laten zien.

De kans is bovendien groot dat er na de bevalling ook letterlijk meer is om te zien. Meer buik, borsten en billen. En dat je je daar als vrouw niet zo heel gelukkig over voelt. Die leuke broek die je voor de bevalling het gevoel gaf de coolste vrouw op aarde te zijn, geeft je nu muffintops. En in dat ene leuke truitje krijg je felicitaties omdat de tweede (of derde, of…) op komst lijkt. Het voelt zonde om geld te investeren in een nieuwe garderobe als je jezelf belooft om volgende maand écht met de kilo’s aan de slag te gaan. Pas wanneer kinderen naar de basisschool gaan, krijg je als moeder weer tijd om je met je eigen uiterlijk bezig te houden. De tropenjaren zijn voorbij, het bukken grotendeels ook en je lijf is hopelijk een beetje teruggeveerd. Verrassend hoor, zo’n onderzoek.