Maand: november 2014

Bloggen, just do it. Dat is mijn motto. Maar voor mij als tekstschrijver is het makkelijk praten. Ik stuur dagelijks mijn schrijfsels de wereld in waardoor de drempel om dat te doen erg laag is. Voor jou is dat misschien anders. Of misschien beschik je wel helemaal niet over schrijftalent, voldoende kennis van de Nederlandse taal of inspiratie. Dan is bloggen waarschijnlijk niet ‘jouw ding’.

Geen paniek. Niet iedereen moet een zangcarrière ambiëren en niet iedereen moet bloggen. Natuurlijk, een blog is een prachtig middel om te laten zien wie je bent en wat je allemaal kunt. Maar het is geen must. Wil je niet bloggen en werk je binnen een grotere organisatie? Zoek naar de mensen die dat wel willen. Er is altijd wel iemand die stiekem droomt van een schrijfcarrière en staat te popelen om te starten. Is dat niet het geval? Dan kun je altijd nog een professionele tekstschrijver inhuren. Ik schrijf bijvoorbeeld regelmatig blogs op basis van telefonische interviews of steekwoorden. Of ik redigeer een aangeleverde tekst. Dat is vanzelfsprekend kostbaarder dan zelf schrijven, maar ook jouw tijd heeft een prijs.

Ik hoop dat mijn serie blogs de aspirant bloggers op weg heeft geholpen. Vee succes met bloggen! En laat het me weten als je online staat.

Zelf foto’s maken voor je blog? Dat kan natuurlijk prima. Niet elke foto hoeft van professionele kwaliteit te zijn: met deze tips kun je ook met je smartphone of huis-, tuin- en keukencamera een prima plaatje maken om je blog ‘smoel’ te geven!
Door fotograaf Erik van Rosmalen.

1 Gebruik het licht
Let op dat je foto niet te donker wordt. Niet alleen vermindert dat de uitstraling van je foto. Te weinig licht kan ook onscherpte met zich meebrengen, omdat je camera een langere sluitertijd gaat gebruiken. Probeer daarom altijd in een zo licht mogelijke omgeving te fotograferen. Voor het raam werkt dat het beste, maar blijft wel uit het directe zonlicht: daarvan krijg je namelijk weer heel harde schaduwen.

2 Denk aan kleur
Wanneer je voornamelijk kunstlicht gebruikt (dus TL-licht of een gloeilamp), kan het zijn dat je foto-object wat rare kleuren krijgt. De lichtbronnen geven weliswaar extra licht af, maar het is anders van kleur dan het neutrale licht van de zon. TL geeft een groene gloed, terwijl foto’s bij gloeilamplicht juist wat geel/oranje kunnen worden. Dat hoeft overigens niet altijd erg te zijn. Het kan sfeer brengen. Maar als je een product wilt laten zien zoals het is, is dat niet handig.

Is de kleurechtheid van je foto belangrijk? Fotografeer dan – wederom – bij voorkeur bij natuurlijk licht. Indirect zonlicht in de middag werkt daarvoor het beste (dus ook niet op de vroege ochtend of late avond…).

3 Minder is meer
Wat voor tekst geldt, geldt ook voor beeld: beperk jezelf in het schrijven, maar ook in hoeveel je in je foto laat zien! Als je je lezer snel wilt ‘pakken’ met een foto, zorg dan voor een duidelijk herkenbaar beeld. In één oogopslag wil je je onderwerp laten zien. Maak er dus geen zoekplaatje van:

– ruim de omgeving op: weg met zoveel mogelijk storende elementen;

– werk als het kan met een neutraal getinte achter- of ondergrond;

– wees creatief, maar niet té: een abstracte foto levert meer vraagtekens dan antwoorden op;

– kun je dichterbij? Ga dan dichterbij!

4 Standpunt en compositie

5 Vergeet de belangrijkste foto niet!
Misschien wel de belangrijkste foto van je website of weblog: je profielfoto. Je wilt immers gelezen worden en schrijft vanuit jezelf. Melinde schreef het ook al heel terecht: Mensen doen zaken met mensen, niet met bedrijven. Laat dan ook zien wie je bent! Op mijn website lees je een aantal tips voor een goede profielfoto, of je die nu laat maken of dat je een selfie maakt… Het artikel is wat ouder, maar de basisgedachte is nog steeds hetzelfde: met een profielfoto stel je jezelf voor aan je lezers.

Hoe leuk ik tekst ook vind, alleen maar tekst is saai. Zeker online. Een dik boek komt er nog wel mee weg, maar een blog moet je toch wat ‘opleuken’. Nu moet ik eerlijk toegeven dat ik geen ster ben in beeld en vormgeving. Gelukte foto’s zijn meer geluk dan wijsheid en plaatjes moeten maar net een beetje matchen. In de volgende blog geeft fotograaf Erik van Rosmalen vijf tips voor het maken van goede foto’s bij je blog. Vandaag vertel ik meer over het gebruik van bestaand materiaal.

Dat een foto online staat, wil niet zeggen dat hij eigendom van iedereen is. Sterker nog, dat is de foto niet. Gebruik dus nooit zomaar een leuke foto die je vindt. Wat doe je dan wel? Je kunt de fotograaf van die ene hele mooie plaat online benaderen en vragen of je het beeld mag gebruiken. ‘Nee’ heb je, ‘ja’ kun je krijgen.

Een andere optie is stockfotografie. Google maar eens op ‘stockfoto’. Op deze sites betaal je voor je foto, dus let goed op wat het kost. Kijk ook goed welke foto je kiest. Sommige stockfoto’s zijn erg nep, nietszeggend en Amerikaans. Ook moet je niet precies dezelfde foto kiezen als je concurrent. Er bestaan ook stocksites met gratis beeldmateriaal. Bijvoorbeeld SXC. Niet elke foto is even mooi, kwaliteit heeft altijd een prijs. Maar wie weet heb je geluk en vind je precies wat je zoekt.

Nog een andere optie is het gebruik van foto’s met een Creative Commons licentie. Wanneer een foto deze licentie heeft, mag je hem gratis gebruiken bij je blog mits je de licentie en de naam van de fotograaf noemt. De foto’s vind je bijvoorbeeld op Flickr. Lees hier meer over hoe het werkt. Ook kun je via Google specifiek zoeken naar beeldmateriaal met een Creative Commons licentie.

Liever met je eigen foto’s aan de slag? Volgende keer

Vijf tips van fotograaf Erik van Rosmalen

Je hebt het gedaan: je bent een blogger! Ten eerste een compliment voor je doorzettingsvermogen. Nu is het zaak om vol te houden. Plaats één a twee keer per week een blog om het interessant te houden voor lezers. Heb je even geen inspiratie? Misschien kun je een gastblogger vragen wat te schrijven, daarmee vergroot je meteen je netwerk.

Reacties op blogs zijn fijn, het betekent dat je teksten gelezen worden. Maar er zit ook een minder leuke kant aan: niet iedereen kan misschien waarderen wat je schrijft. En sommige mensen laten dit ook weten. Een discussie is prima of zelfs erg interessant, maar soms is de drempel om online anoniem onbeschoft te reageren wat laag. Ik raad je daarom aan om je blog zo in te stellen dat je reacties eerst moet goedkeuren voordat ze geplaatst worden. Zo behoud je zelf de controle. Kritiek mag je natuurlijk ter harte nemen, zeker als die opbouwend is. Je wordt er waarschijnlijk een betere schrijver van.

Wat ikzelf ontzettend leuk vind is om de statistieken van mijn blog te bekijken. Hoeveel keer is een blog gelezen? Hoe lang bleven mensen op de site? Bekeken ze ook andere pagina’s? Zo krijg je inzicht in wat mensen interessant vinden en wat niet, wanneer ze online zijn en hoe je lezersaantallen groeien. Doe er je voordeel mee. Wanneer je ziet dat een onderwerp populair is, kun je er een vervolg aan geven.

Bloggen is leuk, tenminste dat vind ik. Je zult merken dat hoe vaker je blogt, hoe gemakkelijker het wordt. Probeer er plezier in te krijgen en bedenk dat je geen Youp van ’t Hek bent. Schrijf vanuit jezelf. Laat perfectionisme los: vaak is dat de grootste drempel om te bloggen. Natuurlijk probeer je een lekker geschreven foutloze tekst te maken waar je lezers enthousiast over zijn. Maar de ene blog is nou eenmaal sterker dan de andere. Al doende leert men.

Volgende keer
Bloggen met beeld

Je hebt je eerste blog (of een paar blogs) geschreven. Hartstikke leuk, maar als niemand dat weet, is de kans dat ze het lezen niet zo groot. Je moet je blog dus promoten. Dat gaat het beste via social media. Wie wil jij bereiken met je blog?

Is je publiek zakelijk, dan werkt het goed om een link te plaatsen via Linkedin of Twitter. Zet er een aanlokkelijke zin bij om de lezers te verleiden op de link te klikken. Bij Linkedin kun je de link bovendien in relevante groepen plaatsen. Leuk trucje: noem je de naam van iemand met een groot netwerk in je blog? Benoem deze persoon dan ook in je tweet (via @…) of berichtje. Zo genereer je meer lezers.

Heb je een blog geschreven die gaat over je eigen leven óf een zakelijke blog die ook interessant is voor een breder publiek, dan kun je deze verspreiden via Facebook. Zet ook nu een zin erbij om je Facebookvrienden te verleiden jouw blog te lezen. Houd het trouwens bij één zin, de rest staat al in je blog. Ben je bezig met creatieve ideeën of fotografie, dan kunnen Pinterest en Instagram handig zijn.

Een andere manier om je blog onder vakgenoten te promoten is door te reageren op blogs van concurrenten. Vaak kun je in je comment je eigen blog plaatsen. De kans is aanwezig dat mensen die de blog van je vakgenoot lezen, ook geïnteresseerd zijn in wat jij te vertellen hebt. Een andere mogelijkheid is een verzamelsite. Sommige sites maken een overzicht van blogs in een bepaald vakgebied of over een bepaald thema. Meld je bij deze site als je al wat meer content geschreven hebt en wellicht sta jij straks ook in het rijtje. Bovendien is het mogelijk om online mee te doen aan blog-uitdagingen en wedstrijden. Zo deed ik mee met een challenge van dertig dagen. Iedere dag blogde ik over een vooraf bepaald onderwerp. Deel jouw bijdragen met andere bloggers en je lezersaantallen groeien vast.

Volgende keer:

Jouw teksten de wereld in

Mensen doen zaken met mensen, niet met bedrijven. Een blog geeft je de ruimte om jezelf of je medewerkers te laten zien. Laat lezers met je kennis maken en het wordt al snel persoonlijk. Vertel over wat jou opvalt in het dagelijks leven, waar jij je druk over maakt, waar jij warm voor loopt. Maar vertel liever niet over zaken die te privé zijn of onderwerpen waarbij je een ander kan kwetsen. Bedenk welk beeld van jezelf je wil laten zien.

Groot voordeel van een blog is dat jij bepaalt waarover je schrijft en waarover niet. En jij bepaalt ook wát je zegt. Maak daar gebruik van. Veel mensen klagen dat Facebook-gebruikers alleen leuke dingen plaatsen. Iedereen lijkt een fan-tas-tisch leven te hebben. Terwijl er -laten we eerlijk zijn- genoeg saaie momenten in een dag zitten. Ik vind het logisch en geen probleem; je plaatst eerder een foto van een gezellig avondje uit of een zonnige vakantie dan van een maandagavond met pantoffels op de bank. Belicht in je blog de mooie kanten van het leven, of schrijf een keer met een knipoog over een wat minder florrissant onderwerp. Zolang anderen zich erin kunnen verplaatsen, is dat ook een goede optie.

Waar trek je de grens? Dat bepaal je zelf. Bedenk altijd dat je een blog schrijft die (hopelijk) gelezen wordt. Het is geen ‘lief dagboek’.

Volgende keer:

Spread the word

Het is goed te bedenken wie jouw blogs leest en van wie jij wil dat ze jouw blogs lezen. Als je dat weet, kun je je onderwerpen en invalshoeken hierop afstemmen. In de tijdschriftwereld omschrijven makers hun doelgroep heel specifiek. Ze bedenken een ijkpersoon: voor die persoon schrijven ze.

Dus wie leest jou? Is het een man of vrouw? Van hoe oud ongeveer? Wat zijn zijn of haar hobby’s en interesses? Wat voor keuzes moet hij of zij maken? Wat voor interessants heb jij te vertellen voor hem of haar? Het is niet erg als je lezers niet allemaal precies in de doelgroep vallen. Een 18-jarige kan best de Viva lezen, terwijl het blad geschreven wordt voor vrouwen van 24 tot 34 jaar. En ik lees wel eens de Libelle. Dat maakt niet uit.

Wat schrijf je dan? Zoek jouw stukje van de taart. Waar ben jij expert in? Stel, je wilt schrijven over het moederschap (een populair fenomeen op dit moment). Baken je onderwerpen dan verder af. Wil je schrijven over de combinatie met werk? Het mooie van moederschap of juist de dingen die mensen liever niet zeggen? Over opvoeden of over je lijf na een zwangerschap? Kortom: bedenk jouw invalshoek(en). Verdeel je onderwerpen vervolgens in rubrieken. Geef je lezers praktische tips en overlaad ze niet met reclame. En nodig hen uit om te reageren, dan ontstaat er een ‘buzz’.

Heeft mijn blog je inzichten opgeleverd? Laat het me weten!

Volgende keer:

Maak het persoonlijk