Schrijven, ik doe het veel, heel veel. 99% van mijn schrijfwerk is zakelijk. Ik werk interviews uit, redigeer lijvige documenten en schrijf websiteteksten of blogs. Altijd doe ik dat binnen de kaders van de opdrachtgever: wie zijn ze, wat doen ze en wat willen ze vertellen?
Hoe lekker is het om die kaders een keer los te laten. Dat mocht ik doen tijdens de workshop creatief schrijven van Karen Meijs. Als communicatie interimmer bij het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis viel ik met mijn neus in de boter: de nieuw samengestelde redactie van het personeelsmagazine ging een workshop volgen en ik mocht meedoen.
Zomaar wat schrijven, waar begin je dan? Nou, gewoon waar je wil. Als alles mag is het best moeilijk om ‘iets’ te schrijven. Karen gaf ons kleine opdrachten en tips om aan de slag te gaan. En in no time was het enige geluid wat je hoorde dat van pennen op papier. En dat van tanden in koekjes trouwens, maar dat is een ander verhaal.
Ik genoot ervan om mijn fantasie de vrije loop te laten. Om een verhaal, zonder te oordelen of het goed of slecht was, zich te laten ontvouwen in mijn hoofd en op papier. Het is zo jammer dat we de fantasie die we als kind hebben steeds meer kwijtraken in een maatschappij waar vooral waardering is voor kennis en kunde. En dus neem ik me voor om het vaker te doen, dit schrijven uit de losse pols. Misschien lukt het me ooit wel om dat boek te schrijven. Je weet wel, dat boek dat iedere semi-schrijver in zijn la moet hebben liggen. Met een beetje fantasie moet het lukken.